The Divine Life Society
Afdeling Aalst
Homepage


 

  • Voor de infobundel - Klik hier

NIEUWE CURSUS
YOGA ACADEMIE

Veertig jaar ervaring
De Yoga Academie Aalst ontstond in 1969 uit de vraag van mensen die we al hadden klaargestoomd om Yogales te geven in het kader van Yoga Vedanta Aalst, de Yogavereniging die we hadden gesticht einde 1962 onder inspiratie van Sadgoeroedev Swami Sivananda en die ondertussen al de vorm van een vzw (vereniging zonder winstoogmerk) had gekregen. Ze zeiden dat ze nu wel Yogales gaven -tot grote tevredenheid van hun leerlingen-, maar dat ze dat toch graag wat meer theoretisch onderbouwd wilden zien. We kondigden dan ook in ons maandblad, dat op dat ogenblik al in zijn zesde jaargang was, een cursus voor Yogaleraren in twintig lessen op zaterdagmiddag aan. Elke les zou drie en een half uur duren.

We waren pioniers
Er kwamen veel kandidaten op af, ook uit Nederland. Swami Sivananda had in zijn aashram de Yoga Vedanta Forest Academy gesticht, de Yoga Vedanta Woud Academie, maar aangezien we niet in een woud zaten, werd het gewoon Yoga Academie Aalst. Ze groeide geleidelijk uit tot wat ze nu is, meer dan veertig jaar later.

Cicero zei dat als je iets wil leren er les moet in geven. Ik kan dat ten volle beamen. Leerlingen voelen immers of je de leerstof beheerst of niet en ze gaan bovendien ook vragen stellen.

Drie grote luiken
De cursus Yoga Academie bestaat uit drie grote, belangrijke luiken:

de Yogafilosofie
de Yogapsychologie
de Yogabeoefening.

De Yogafilosofie geeft antwoord op vragen als
Waarom Yoga?
Wat is de wereld waarin we leven?
Wie zijn wij?
Wat is ons drijfveer of met andere woorden waarom doen we alles wat we hier doen?
We hebben overduidelijk een binnenwereld, een buitenwereld en een bovenwereld. Maar wat is hun relatie en, vooral, hoe moet ermee worden omgegaan?
Het doel is één. We willen immers in wezen allen hetzelfde. Iedereen wil gewoon gelukkig zijn. En Yogis stellen voorop dat je dat geluk nergens vindt, tenzij in jezelf of in Zelfbewustzijn. Al is het doel één, de wegen zijn talrijk. Waarom is dat zo?

Om een voorbeeld te geven uit een van de grote Schriften, die we in het vierde jaar van de Yoga Academie bestuderen, namelijk Kroonjuweel van het onderscheidingsvermogen. Daarin stelt de discipel aan zijn goeroe of spirituele leraar de volgende vragen:
""Wat is gebondenheid? Hoe ontstond ze? Hoe blijft ze bestaan? Hoe kan men er zich van ontdoen? Wat is het niet-Zelf? Wat is het hoogste Zelf? Hoe kan men er het onderscheid tussen maken?""

De Yogapsychologie
De Yogapsychologie is vooral de studie van de hindernissen. De geest is immers de te overwinnen moeilijkheid. Hij werkt op verschillende niveaus. Er moeten antwoorden worden gegeven op menige vraag. Onder andere, wat is de relatie tussen het lichaam en de geest, wat is de aard van bewustzijn?

Mensen hebben ook dringend een werkzame psychohygiëne nodig.

Deze onderwerpen worden les na les grondig uitgediept.

De Yogabeoefening
Het beeld van de wijzen dat we hebben is dat ze zitten te mediteren of dat als ze dat niet doen toch in een meditatieve staat verkeren. We willen ook graag die staat verwerven en zijn bereid er het nodige voor te doen. Maar iedereen die een poging ertoe onderneemt ontdekt in de kortste keren dat er talloze hindernissen op zijn weg liggen. En velen geven het dan ook spoedig op, wat een jammerlijke vergissing is.

Mijn parochiepriester, E.H. Decubber zaliger, die zich onder andere ontfermde over verslaafde jonge mensen, vroeg me ooit: "Weet u wat het probleem is van onze jeugd?" Ik antwoordde: "Zeg het me eens, meneer pastoor." Hij zei: "Ze hebben geen goeroes." De nagel op de kop. Ze hebben leraren die hen allerlei nuttige wetenswaardigheden en vaardigheden bijbrengen, die noodzakelijk zijn om een deftige boterham te kunnen verdienen, maar ze hebben niemand die hen leert hoe ze moeten leven om uiteindelijk deze wereld te kunnen verlaten als een verlicht mens in plaats van te sterven als een worm in een zweer.

Dat de wetenschap van Yoga naar het Westen kwam is een onschatbare zegen. Ze is voor onze gekwelde wereld wat penicilline in de oorlog was voor een soldaat met wondkoorts. Ze werd aan ons doorgegeven door een grote verlichte wijze, Sadgoeroedev Swami Sivananda en zijn discipelen. Het legde daarmee een grote verantwoordelijkheid op onze schouders, maar hij schonk er ons ook een uitgelezen en onschatbaar voorrecht mee.

We kunnen ondertussen bogen op een lange en rijke ervaring. Elke cursus was een intens gebeuren. Elke minuut van elke les werd op een ernstige manier besteed.

Zoals ik zei zijn de hindernissen talrijk. Mensen die zich op het Yogapad begeven, komen er snel achter dat het hun eigen geest is die moet worden overwonnen. Ze oefenen met hun geest, ze mediteren met hun geest, ze leren met hun geest, ze denken met hun geest, ze voelen met hun geest, ze werken met hun geest. Hij is dus een heel waardevol bezit, maar hij is tevens hun grote handicap. De geest is van de mens de oorzaak van zijn gebondenheid en zijn verlossing, zeiden de wijzen (Mana eva manoesh-yaanaam kaaranam bandhamokshayoh).

De systematiek van Yoga in een notendop
Het begint al met onze relaties. We leven niet alleen. We zijn iemands vader, moeder, kind, partner enz. En vaak verziekt onze geest die relaties.

Als men aan mensen die ruzie hebben, vraagt wie de oorzaak van het conflict is, wijzen ze naar de ander. Dit gebaar is een veelbetekende moedraa of symbool. Eén vinger, de duim, wijst naar boven. Dit betekent dat er factoren in het spel zijn waar niemand schuld aan heeft en die niemand in de hand heeft. Noem het het lot, noem het toevalligheden, noem het de natuur, om het even. Deze factoren zijn gewoon eigen aan onze wereld. Eén vinger, de wijsvinger, wijst naar de ander, maar drie vingers wijzen naar de maker van het gebaar. En het is alleen als men het zo beziet dat een oplossing dichtbij ligt. Yoga staat dan ook voor zelfonderzoek.

Ten tweede is er de relatie met je eigen lichaam en geest. Je wil kalm zijn, maar je windt je op. Je wil de waarheid zeggen, maar je staat soms te liegen of het gedrukt staat. Je wil matig zijn, maar je gebruikt je mond als een trechter om je maag vol te stouwen. Je wil wat vroeger opstaan om wat Yoga te doen, maar je legt de wekker stil en blijft in bed liggen. Dit is de tweede moeilijkheid die in Yoga moet worden aangepakt. Deze aanpak verdient een grondige studie.

De Yogaschrift schrijft voor meditatie de Yogazithouding voor, waarvan de eenvoudigste de kleermakerszit is. Ze heet in het Sanskrit Soekhaasana, letterlijk: Gemakkelijke Houding. De definitie van de Yogahouding die ze geeft is: Sthira soekham aasanam (Yoga Soetra II 46). De houding is vast (sthira) en gemakkelijk (soekha). Maar zodra je gaat zitten stel je vast hoe het lichaam zich tegen de houding verzet en overal pijn gaat doen. Er is dus werk aan de winkel. Dit is de derde moeilijkheid. Hoe kan het lichaam als het ware verdwijnen? Als je maag gezond is, voel je ze niet. Als ze niet gezond is, voel je je opgeblazen of heb je pijn. Een goede gezondheid doet de maag verdwijnen. Zodra je lichaam in een goede conditie verkeert, wordt je houding gemakkelijk. Hatha Yoga is voor dit doel ongeëvenaard. Geen enkel systeem kan eraan tippen.

Ook de ademhaling is vaak een probleem. Mensen ademen te snel en onregelmatig en bovendien met maar een gedeelte van de longen en vaak ook nog door de mond. Niets van dit alles is bevorderlijk voor de gezondheid en het is een hindernis in de meditatie. Vandaar het nut van ademoefeningen. Wie de noodzakelijke kennis bezit, merkt dat de Yoga-ademoefeningen gemakkelijk zijn. Het is slechts een kwestie van geduldige oefening.

De vijfde hindernis is zintuiglijkheid. De zintuigen zijn grote krachten en meestal veeleisende meesters. Hoe je daarin verandering kunt brengen moet eveneens grondig en ervaringsgericht worden bestudeerd.

In de zesde trede wordt de geest rechtstreeks aangepakt. De geest wordt voortdurend naar buiten getrokken door de vijf kanalen van de zintuigen. Hij springt van de hak op de tak en heeft altijd een zintuiglijk voorwerp nodig om op te rusten. Hij springt van het ene zintuiglijk voorwerp naar het andere met een zo grote snelheid dat het lijkt of hij vele dingen tegelijk doet. Dit is evenwel maar schijn, want hij kan maar één ding ineens doen. Dit ligt aan de basis van de beoefening van concentratie: als je de geest vastpint op één ding worden alle andere mentale en zintuiglijke activiteiten uitgeschakeld. De keuze van dat ene ding is belangrijk, want men groeit naar datgene waarop men de geest concentreert. Een man zei tegen Swami Satchidananda dat hij concentratie beoefende op een stip op de muur. De Swami antwoordde dat hij moest oppassen dat hij niet veranderde in een stip. Een inbreker bestudeert het alarmsysteem van de villa waar hij wil inbreken, schakelt het uit, dringt de woning binnen, opent de kluis en verdwijnt met de inhoud ervan terwijl de bewoners ongestoord liggen te slapen. Hij heeft een lichaam en een geest waar een Yogi terecht jaloers kan op zijn. Beide, zijn lichaam én zijn geest, moeten kerngezond zijn. Maar er is een grondig verschil: de inbreker concentreert zich op de inhoud van iemands kluis, de Yogi op de Ultieme Werkelijkheid.

De zesde en de zevende trede zijn meditatie en samaadhi. We leren in de Yoga Soetra hoe de geest in deze stadia allerlei veranderingen ondergaat en uiteindelijk wordt overstegen of getranscendeerd.

Bronnen van Yoga
We gebruiken zoals gezegd de Yoga Soetra, het handboek van de Yoga Darshana of klassieke Yogafilosofie van Maharshi Patanjali.

Een andere belangrijke bron van Yoga is de epische literatuur, namelijk het Mahaabhaarata en het Raamaayana. De Bhagavad Gietaa, het Lied van de Heer, het Yogaboek bij uitstek, komt uit het Mahaabhaarata. Het wordt in de Yoga Academie vers per vers bestudeerd.

Er zijn ook de Hatha-Yogaschriften, zoals de Gheranda Samhitaa. Er is ook de ongeschreven traditie. Er zijn vooral de werken en de filosofische liederen van Sadgoeroedev Swami Sivananda.

De leraren en wat ze behandelen
Jan De Smedt, sedert enkele jaren directeur van de Yoga Academie, onderwijst anatomie en fysiologie (eerste en tweede jaar), Aayoerveda (derde en vierde jaar). Hij vertegenwoordigt de Yoga Academie in de YFN (de Yogafederatie van de Nederlandstaligen in België). Hij leert de leerlingen hoe ze een les moeten opbouwen en geven en hij laat hen als de tijd rijp is om beurten ook een proefles geven.

Mira De Bock behandelt vers per vers de achttien hoofdstukken van de Bhagavad Gietaa, een Schrift die ze in het hart draagt.

Hilda Verbeeck verzorgt de praktijklessen, want een ons praktijk is beter dan tonnen theorie. De basishoudingen en hun voorbereiding moeten stelselmatig worden aangeleerd en ingeoefend. Het is geen kwestie van moeilijke acrobatische dingen te leren doen, want daar gaat het niet om. Het doel moet zijn een goede lichamelijke en geestelijke gezondheid ten einde degelijk te kunnen functioneren en diep en succesvol te kunnen mediteren. Turners draaien hun hand niet om voor de Yogahoudingen. Die zijn voor hen maar kinderspel. Maar al kunnen ze fantastische dingen doen met hun lichaam, ze zijn daarom nog niet IN Yoga, want dat is iets helemaal anders.

Ikzelf neem de Yogafilosofie en Yogapsychologie voor mijn rekening en maak vooral het verband tussen de verscheidene lessen duidelijk. Ik beschrijf ook het kader waarin de Bhagavad Gietaa is ontstaan, sta stil bij het metrum van de verzen van de Gietaa en leer deze ook reciteren.

Financiëële voorwaarden
Lid zijn van Yoga Vedanta Aalst (lidmaatschap: 70 euro per jaar van de maand van inschrijving tot dezelfde maand het jaar nadien; geeft recht op een wekelijkse les en het maandblad), bijdrage in de onkosten van 230 euro, telkens betaalbaar in september.

De leerlingen moeten in de vier jaar die de cursus duurt deelnemen aan tenminste twee van onze Yoga Retraites in de abdij van Drongen.

Eten en drinken
Op de lange dagen brengen de deelnemers een vegetarisch lunchpakket mee. Er is koffie en thee voorzien. In de Praathoek, dit is de voorkamer van het woonhuis, staan tafels en stoelen en kan worden gegeten, ook tijdens de korte rustpauzes tussen de lessen. Ook na de les kan er iets worden gebruikt en eventueel kan er worden nagekaart over de voorbije dag.

In de Yogazaal wordt niet gegeten of gedronken. Ook nemen de deelnemers slechts het hoogstnodige mee in de Yogazaal. Tassen, overkleren en schoenen blijven in de gang. De zaal wordt niet betreden met schoenen aan.